Hoe moet je grote Keersommen uitrekenen?
Hoe moet je grote Keersommen uitrekenen?
Bij cijferend vermenigvuldigen noteer je de getallen onder elkaar. Honderdtallen, tientallen en eenheden noteer je boven de getallen. Vermenigvuldig eerst de eenheden met elkaar. Daarna vermenigvuldig je de eenheid met het tiental. Cijferend vermenigvuldigen lijkt op kolomsgewijs vermenigvuldigen .
Hoe werkt Keersommen?
Vermenigvuldigen is herhaald optellen. Je hebt 3 zakjes met in elk zakje 2 snoepjes. Hoeveel snoepjes heb je dan samen? deze erbijsom kun je ook een keersom maken (vermenigvuldigen).
Hoe reken je Keersommen uit met kommagetallen?
Let bij de eerste stap niet op de komma . 144 x 2 = 288. Tel nu hoeveel cijfers er in totaal achter de komma staan: – bij 1,44 staan twee cijfers achter de komma . – bij 0,2 staat één cijfer achter de komma . Zet bij het antwoord ook drie cijfers achter de komma : 1,44 x 0,2 = 0,288.
Hoe reken je Keersommen uit zonder rekenmachine?
Tel de cijfers van het eerste getal bij elkaar op. In dit voorbeeld is de uitkomst 12 (stap 1). Tel de twee cijfers van 12 bij elkaar op (1+2=3, stap 2). Je herhaalt dit totdat een getal van één cijfer overblijft.
Hoe moet je een staartdeling maken?
Schrijf de deelsom op tussen schuine strepen. Begin aan de linkerkant. Maak gebruik van een hulprijtje van de tafel waardoor je deelt. Kies altijd het grootst mogelijke getal, anders klopt je antwoord niet. Deel net zolang, tot je niets (0) meer hebt.
Wat is een Keersom?
Als je een keersom maakt, ga je de getallen met elkaar vermenigvuldigen. Je hebt 4 keer een zakje van 3 snoepjes. Hier kun je de keersom bij maken: 4 x 3 = 12. Dit is een lange erbijsom en het duurt lang om dit uit te rekenen.
Wat zijn Tafelsommen?
Vermenigvuldigen is een vorm van herhaald optellen: 2 + 2 + 2 = 6 is hetzelfde als 3 groepjes van 2. Oftewel de tafelsom: 3 x 2 = 6. De tafelsommen worden op de basisschool veelvuldig aangeboden, zodat kinderen ze automatiseren.
Hoe doe je keer onder elkaar?
Bij cijferend vermenigvuldigen noteer je de getallen onder elkaar . Tienduizendtallen, duizendtallen, honderdtallen, tientallen en eenheden noteer je boven de getallen. Vermenigvuldig eerst de eenheid met de bovenste rij. Vermenigvuldig daarna het tiental met de bovenste rij.
Is 0 2 hetzelfde als 0 20?
0,2 kun je dan schrijven als 0,20. Dan is het makkelijker om 0,15 onder 0,20 te zetten. Verder werkt dit hetzelfde als het optellen van kommagetallen. Als je kommagetallen vermenigvuldigt is de uitkomst ook een kommagetal.
Hoe reken je 2 decimalen uit?
Het getal 4,6 wordt dan 5. Het getal 3,76 wordt dan 4. Het getal 2,324 wordt dan 2 .