Wat gaat voor bij rekenen?

Wat gaat voor bij rekenen?

eerst machtsverheffen en worteltrekken. dan vermenigvuldigen en delen. ten slotte optellen en aftrekken.

Welke is groter?

> en < zijn vergelijkingstekens. > betekent groter dan en noemen we het groter dan teken. < betekent kleinder dan en noemen we het kleiner dan teken.

Kan je wiskunde A en B doen?

Op het moment dat je een keuze gaat maken tussen wiskunde A en B, dan moet je bij het maken van die keuze vooral kijken naar hoe goed je bent in wiskunde. Of je nou op de havo of op het vwo zit, wiskunde A kan je op beide niveaus kiezen.

Wat heeft 4 ogen maar kan niet zien?

Een doodskist Het draagt een bril, maar het kan niet zien.

Kan ik wiskunde B aan?

Wiskunde B is met name geschikt voor jou als je denkt aan een vervolgstudie in de bètarichting. Dat kan bijvoorbeeld geneeskunde zijn of scheikunde. Met wiskunde B in je profiel ben je sowieso minder beperkt in je studiekeuze dan met wiskunde A.

Wat is de C in wiskunde?

Wiskunde C is een examenvak in de bovenbouw van het vwo vanaf klas 5. Wiskunde C is dé wiskunde die aansluit bij het profiel Cultuur en Maatschappij. De wiskunde krijgt een plek in de wereld om ons heen. Het rekenen met letters en formules wordt toegepast in concrete contexten, in voorstelbare situaties.

Wat is wiskunde C en D?

Wiskunde C komt vooral van pas bij vervolgopleidingen in de sector Gedrag & Maatschappij. Wiskunde D geeft een verbreding van wiskunde A (statistiek) en verdieping van wiskunde B. Verder zit er ruimtemeetkunde in en een aantal keuze onderwerpen. Wiskunde D kan alleen in combinatie met wiskunde B gevolgd worden.

Wat is wiskunde A vwo?

Het vak wiskunde A leert je om wiskunde te koppelen aan de wereld om je heen. Het richt zich dan ook voornamelijk op statistiek en toegepaste analyse. Bij wiskunde A op vwo komt daar ook kansberekening bij. Algebra en berekeningen horen er ook bij, maar een stuk eenvoudiger dan wiskunde B en meer in verhaalvorm.

Wat is wiskunde 1?

Wiskunde 1 is, grof gezegd, niets anders dan het vroegere wiskunde B, al zijn er wel degelijk verschillen met de ‘oude’ programma’s. Wiskunde 2 volgt hetzelfde programma als wiskunde 1, maar daar komt nog het nodige bij.

Wat moet je doen als je wiskunde niet snapt?

Ga naar ál je lessen en let ook op. Stel vragen aan de leraren. Sla je huiswerk niet over. Maak een lijst met dingen die je allemaal geleerd hebt en hoe je ze toepast. Leer ruim van te voren voor een toets. Kijk online. Maak wiskunde een deel van je leven.