Welke eeuw noemen we de eeuw van ontdekkers en hervormers?

Welke eeuw noemen we de eeuw van ontdekkers en hervormers?

De tijd van ontdekkers en hervormers. In dit tijdvak hebben we het over de zestiende eeuw. Kenmerkend voor deze tijd is het veranderende mens- en wereldbeeld.

Waar gaat tijdvak 5 over?

Het veranderende mens- en wereldbeeld van de renaissance en het begin van een nieuwe wetenschappelijke belangstelling. 5.2. De hernieuwde oriëntatie op het erfgoed van de klassieke oudheid.

Welke kenmerkende aspecten passen bij tijdvak 5 ontdekkers en hervormers?

Het begin van de Europese overzeese expansie. Het veranderde mens- en wereldbeeld van de renaissance en het begin van een nieuwe wetenschappelijke belangstelling. De hernieuwde oriëntatie op het erfgoed van de klassieke oudheid.

Wat zijn de 7 tijdvakken?

De prehistorie: tot 3500 v. Chr. Het Oude Nabije Oosten: 3500 v. Chr. tot 800 v. Chr. De klassieke oudheid: 800 v.Chr. tot 476. De middeleeuwen: 476 tot 1492. De nieuwe tijd: 1492 tot 1789. De nieuwste tijd: 1789 tot 1945. De eigen tijd: 1945 tot nu.

Hoe heet tijdvak 6?

tijdvak 6: tijd van regenten en vorsten (1600-1700) tijdvak 7: tijd van pruiken en revoluties (1700-1800)

Welk jaar is tijdvak 7?

Hier vind je een samenvatting van alle kenmerkende aspecten, kernbegrippen, onderwerpen, oefentoetsen en andere leermiddelen die horen bij de tijd van Pruiken en Revoluties (1700 – 1800).

Wat is tijdvak 9?

Tijdvak 9, De tijd van wereldoorlogen – De rol van moderne propaganda- en communicatiemiddelen en vormen van massaorganisatie.

Hoe heten tijdvak 3 en 4 samen?

Dit tijdperk noemen wij de Middeleeuwen. De Middeleeuwen duren 1000 jaar: van 500 tot 1500. Tijdvak 3 en 4 gaan over de Middeleeuwen.

Wat gebeurde er in tijdvak 10?

Dit tijdvak is het tijdvak van de Koude Oorlog. Een andere belangrijke gebeurtenis is de dekolonisatie. Nederland veranderde in deze periode: van een verzuild land tot een verzorgingsstaat met een consumptiemaatschappij.

Wat voor kritiek hadden de hervormers op de kerk?

Rond 1500 komt er wel wat kritiek op de kerk. Men vindt dat sommige geestelijken zich te weinig met het geloof bezig hielden, maar alleen maar bezig waren met geld en macht. Men vond dat de kerk corrupt was. Zo kon je bijvoorbeeld een aflaatbrief kopen.